A Stille nacht, Heilige nacht,
E A Alles slaapt, eenzaam wacht
D A Bij het kindje, 't hoogheilige paar
D A Rond de kribbe zingt d'engelenschaar
E A Slaap in hemelse rust
A E A Slaap in hemelse rust
A Stille nacht, Heilige nacht,
E A Davids zoon, lang verwacht
D A wordt door d' herders begroet in de stal
D A Op de bergen klinkt vreugdegeschal:
E A Heil de redder is daar!
A E A Heil de redder is daar!.
A Stille nacht, Heilige nacht,
E A 't Godd'lijk kind vreedzaam lacht
D A Liefde spreekt uit zijn mondeke teer
D A Komt, knielt allen bij 't kindeke teer
E A Schenk hem allen uw hart
A E A Schenk hem allen uw hart
De kleine trommelaar
[D]'k Ga naar Bethlehem, pa[A7]-ram pam pam [D]pam
[D]en sla mijn trom voor Hem, pa[A7]-ram pam pam [D]pam.
[A]Want waar de sterre [D]scheen, pa-ram pam [A]pam.
Is plaats voor [D]iedereen, [G]pa-[D7]ram pam pam [G]pam
ram-pam pam [D]pam, ram-pam pam [A]pam.
[D]Jezus Koning , pa[A7]-ram pam pam [D]pam.
[A7]In de [D]stal, ([A7]-rap pam pam [D]pam, [A7]-rap pam pam [D]pam.)
[D]'Jezus, 'k kom naar U, pa[A7]-ram pam pam [D]pam
[D]ik heb niet veel voor U; pa[A7]-ram pam pam [D]pam
[A]geen kussen voor Uw [D]troon, pa-ram pam [A]pam.
geen parel voor Uw [D]kroon,[G]pa-[D7]ram pam pam [G]pam
ram-pam pam [D]pam, ram-pam pam [A]pam.
[D]'k Sla mijn trom zo graag, pa[A7]-ram pam pam [D]pam.
[A7]In de [D]stal, ([A7]-rap pam pam [D]pam, [A7]-rap pam pam [D]pam.)
[D]En Maria zei: pa[A7]-ram pam pam [D]pam
[D]'Je slaat je trom zo blij, pa[A7]-ram pam pam [D]pam
[A]En kijk, mijn kindje [D]lacht. pa-ram pam [A]pam.
Het heeft op jou [D]gewacht. [G]pa-[D7]ram pam pam [G]pam
ram-pam pam [D]pam, ram-pam pam [A]pam.
[D]Sla je trommel maar, pa[A7]-ram pam pam [D]pam.
[A7]in de [D]stal.' ([A7]-rap pam pam [D]pam, [A7]-rap pam pam [D]pam.)
[D]En hij sloeg de trom, pa[A7]-ram pam pam [D]pam
[D]het werd al stil alom, pa[A7]-ram pam pam [D]pam.
[A]de eng'len waren [D]heen, pa-ram pam [A]pam.
ook d' herders, één voor [D]één. [G]pa-[D7]ram pam pam [G]pam
ram-pam pam [D]pam, ram-pam pam [A]pam.
[D]Maar hij sloeg de trom, pa[A7]-ram pam pam [D]pam.
[A7]in de [D]stal, ([A7]-rap pam pam [D]pam, [A7]-rap pam pam [D]pam.
De kleine trommelaar
[D]hoor, daar buiten!
Pa-[A]ram-pa-pa-[D]pam
[D]De kleine trommelaar
Pa-[A]ram-pa-pa-[D]pam
[A]Op weg naar 't [D]koningskind
Pa rap a pam [A] pam
Zijn kleine [D]trommel klinkt
[G] Pa [D] rap a pam [G] pam
Rap a pam [D] pam
rap a pam [A] pam
[D]goud noch zilver
Pa-[A]ram-pa-pa-[D]pam
[D]Brengt slechts zijn trommel mee
Pa-[A]ram-pa-pa-[D]pam
[A]Die schenkt hij [D]aan het kind
Pa rap a pam [A] pam
Omdat hij [D]hemels klinkt
[G] Pa [D] rap a pam [G] pam
Rap a pam [D] pam
rap a pam [A] pam
[D]Hij loopt door de sneeuw
Pa-[A]ram-pa-pa-[D]pam
[D]Wat hij het liefste had
Pa-[A]ram-pa-pa-[D]pam
[A]Dat schonk hij [D]aan de heer
Pa rap a pam [A]pam
Toch lacht hij nog zo [D]zowaar
[G] Pa [D] rap a pam [G] pam
Rap a pam [D] pam
rap a pam [A] pam
de kleine man
Pa-ram-pa-pa-pam
De trommelaar
Susa Nina.
Dm C Bb A Sint Jozef bereidde die wondere nacht
Dm Gm C F van 't zuiverste strooisel een beddeke zacht
Dm C Bb Gm daarop heeft Maria met schamele vlijt
Gm Dm A7 D haar schreiende Kindje te slapen geleid.
D A7 D Susa Nina, 't Hemelse hof in een arme stal
G G D en engelen wieken naar 't aardse dal
G G D en vullen de sferen met feestgeschal
A7 D A7 D Susa Nina, voor de koning van 't heelal.
Dm C Bb A De herders ontwaakten in 't schitterend licht
Dm Gm C F aan hen werd de troostende boodschap gericht
Dm C Bb Gm een boodschap van vrede vanuit 't paradijs
Gm Dm A7 D aan alle de goeden van wille zij peis!
Dm C Bb A Drie Koningen kwamen naar 't Kind van heel ver
Dm Gm C F Zij volgden het licht van de stralende ster
Dm C Bb Gm Zij hebben de Koning, Gods zoon aanschowd
Gm Dm A7 D En offerden wierook en myrrhe en goud
Dm C Bb A Nog steeds brengt het Kindje zijn boodschap van vree
Dm Gm C F voor alle goedwilligen onder ons mee
Dm C Bb Gm een boodschap van vrede, van heldere kracht
Gm Dm A7 D een boodschap van licht in de donkere nacht.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten